Grapperhaus beantwoord kamervragen verplichte acceptatie van coffeeshop door ABN Amro

Twee ChristenUnie leden hadden kamervragen gesteld naar aanleiding van de verplichte acceptatie van een coffeeshop als klant door de ABN Amro.

0
legale cannabis verkoop rabobank coffeeshop coffeeshophouder pinbetaling contant geld
- Advertentie -

In juli wisten we al te melden dat twee ChristenUnie leden kamervragen hadden gesteld naar aanleiding van de verplichte acceptatie van een coffeeshop als klant door de ABN Amro. Eind vorige week kwam Grapperhaus als demissionair minister van Justitie en Veiligheid middels een brief met een reactie.

Aanleiding voor de kamervragen was een uitspraak van de Rechtbank Amsterdam in april eerder dit jaar.

Beantwoording Grapperhaus van kamervragen over verplichte acceptatie van coffeeshop door ABN Amro

Kamervraag 1: Heeft u kennisgenomen van de uitspraak van rechtbank Amsterdam d.d.
26 april inzake de verplichte acceptatie van een coffeeshop door ABN
AMRO als klant?

Antwoord Grapperhaus: Ja, daar hebben we kennis van genomen.

Kamervraag 2: Hoe kijkt u aan tegen de stelling dat een coffeeshop – nu deze als koper
van wiet in contanten – waarschijnlijk onder de werking van artikel 1 a lid 4 sub d onder i van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) valt, waarvan de definitie luidt: ”natuurlijke personen, rechtspersonen of vennootschappen die beroeps of bedrijfsmatig handelen als koper of verkoper van goederen, voor zover betaling van deze goederen in contanten plaatsvindt voor een bedrag van € 10.000,- of meer, ongeacht of de transactie plaatsvindt in een handeling of door middel van meer handelingen waartussen een verband bestaat”?

Antwoord Grapperhaus: De Wwft is onder meer van toepassing op transacties boven €10.000,- of meer diecontant worden betaald aan beroeps- of bedrijfsmatig handelaren van goederen. Een coffeeshop valt, indien aan de grens van € 10.000 euro wordt voldaan, onder de reikwijdte van de Wwft. In dat geval moet cliëntenonderzoek worden verricht
en geldt de verplichting ongebruikelijke transacties te melden bij de FIU-Nederland. Hierbij merken wij evenwel op dat er een intrinsieke spanning bestaat tussen enerzijds de verplichtingen die voorvloeien uit de Wwft en anderzijds de uitgangspunten van het gedoogbeleid voor coffeeshops, zoals neergelegd in de Aanwijzing Opiumwet van het Openbaar Ministerie (OM). Zoals algemeen bekend brengt dit gedoogbeleid met zich dat de inkoop van softdrugs door een coffeeshop vaak niet transparant is. Het enkele gegeven van niet-transparantie geeft echter geen aanleiding tot het melden van een ongebruikelijke transactie bij de FIU-Nederland door een coffeeshop.

Kamervraag 3: Indien u van mening bent dat een coffeeshop als zodanig kan worden gekwalificeerd, kunt u dan ook aangeven hoeveel Financial Intelligence Unit-meldingen er de afgelopen jaren door coffeeshops zijn gedaan en op welke wijze deze hun Wwft-verplichtingen invullen?

Antwoord Grapperhaus: Uit de openbare jaaroverzichten van de FIU-Nederland blijkt dat door de meldersgroep overige handelaren in 2018 167, in 2019 356 en in 2020 477 ongebruikelijke transacties zijn gemeld. Verdere navraag bij de FIU-Nederland leverde op dat geen meldingen daarvan afkomstig zijn van coffeeshops.

Kamervraag 4: Kunt u ook aangeven hoeveel vervolgingen er door het OM in gang zijn gezet, omdat er twijfel was over de nakoming van Wwft-verplichtingen door coffeeshops en hun leidinggevend personeel?

Antwoord Grapperhaus: Het OM heeft laten weten dat in de OM-systemen niet wordt geregistreerd welke werkzaamheden door een natuurlijk persoon of een rechtspersoon worden uitgevoerd, dus ook niet of sprake is van een coffeeshop of leidinggevend personeel van een coffeeshop. Er zijn dan ook geen cijfers bekend over eventuele vervolgingen van coffeeshops of leidinggevend personeel wegens het niet-nakomen van verplichtingen op grond van de Wwft.

Kamervraag 5: Indien uit uw antwoord is af te leiden dat dit een blinde vlek is in de toepassing van de wet,kunt u dan uitleggen waarom er wel gehandhaafd en vervolgd wordt bij andere Wwft-instellingen terwijl coffeeshops in het kader van hun verplichtingen in het kader van de Wwft vrij spel hebben?

Antwoord Grapperhaus: Zoals is aangegeven in het antwoord op vraag 2, is het verschil met andere beroeps- en bedrijfsmatig handelaren in goederen te verklaren vanuit het gegeven dat er een intrinsieke spanning bestaat tussen enerzijds de verplichtingen die voortvloeien uit de Wwft en anderzijds de uitgangspunten van het gedoogbeleid voor coffeeshops.

Het Bureau Toezicht Wwft van de Belastingdienst houdt toezicht op de naleving van de Wwft door onder andere beroeps- of bedrijfsmatig handelaren van goederen. Het Wwft-toezicht op coffeeshops wordt in lijn met het gedoogbeleid uitgeoefend. Dit betekent dat de coffeeshophouder ten aanzien van diens inkoop van softdrugs niet aan een Wwft-controle wordt onderworpen. Hierbij zij opgemerkt dat in de geest van het arrest van de Hoge Raad uit 2002 van een exploitant van het gedoogbeleid in redelijkheid niet kan worden verwacht dat hij ter zake van de inkoop van softdrugs over facturen van de leverancier beschikt. Dit brengt met zich mee dat een dergelijke Wwft-controle niet alleen in zou indruisen tegen de uitgangspunten van het gedoogbeleid met betrekking tot de verkoop van softdrugs door coffeeshops, maar gelet hierop ook niet goed mogelijk is.

Gelet op de intrinsieke spanning die het gedoogbeleid kenmerkt, heeft dit kabinet afgesproken om een kleinschalig experiment uit te voeren om te kijken of en hoe telers op kwaliteit gecontroleerde hennep of hasjiesj gedecriminaliseerd aan coffeeshops kunnen leveren. Het experiment moet duidelijk maken of het mogelijk is om coffeeshops gereguleerd te voorzien van op kwaliteit gecontroleerde hennep in een gesloten coffeeshopketen.

Overigens merken wij op dat het OM strafrechtelijk en een gemeente bestuursrechtelijk handhavend kan optreden tegen een coffeeshop, indien een coffeeshop zich niet houdt aan de criteria zoals neergelegd in het gedoogbeleid.

Lees ook: Jef Martens over banken, betalen en de coffeeshops