De gemeente Amsterdam heeft vorige week donderdag zeven souvenirwinkels en tabakszaken in de binnenstad voor een half jaar gesloten bericht Het Parool. De reden hiervoor is dat de winkels CBD joints verkochten.
Opiumwet maakt geen onderscheid tussen CBD en THC wiet
De gemeente Amsterdam stelt dat de verkoop van CBD joints in de souvenirwinkels een nadelig effect heeft op de openbare orde en criminaliteit aantrekt. Bovendien zou het in strijd zijn met de Opiumwet, die bepaalt dat alleen coffeeshops softdrugs mogen verkopen onder bepaalde voorwaarden. De gemeente wil met de sluiting van de winkels een signaal afgeven dat dit soort praktijken niet worden getolereerd.
De eigenaar van de souvenirwinkels, Davoud Quadri, ontkent dat hij iets illegaals heeft gedaan. Volgens hem bevatten de joints maximaal 0,3% THC, wat binnen de wettelijke norm valt.
Hij vindt dat de gemeente zijn winkels onterecht heeft gesloten en overweegt juridische stappen te ondernemen. Hij wijst daarbij op een uitspraak van het Europese Hof dat in november 2020 oordeelde dat CBD geen drugs is en vrije handel in de EU is toegestaan.
In december 2022 wees echter een voorzieningsrechter een verzoek van een souvenir winkel in het centrum van Amsterdam af om een voorlopige voorziening. De winkel verkocht namelijk onder andere CBD joints met minder dan 0,2% THC en dacht dat dit toegestaan was, maar de rechter gaat daar niet in mee.
