De komst van een coffeeshop in Noordoostpolder is nog allerminst zeker. Twee politieke fracties, het CDA en ONS Noordoostpolder, twijfelen over hun standpunt. Hun besluit zal doorslaggevend zijn bij een stemming over het voorstel.
Twee fracties twijfelen nog over hun standpunt
Tijdens de commissievergadering gaf Maayolein Goelema van het CDA aan dat haar partij nog geen definitief standpunt heeft ingenomen. “Ik ben nog niet 100 procent overtuigd,” zei zij. Ook Sigrid Bosman van ONS Noordoostpolder gaf aan dat haar partij de knoop nog moet doorhakken. “Wij zijn volksvertegenwoordigers en willen het juiste doen. Wat dat is, vinden we lastig,” aldus Bosman.
Tegenover de twijfelaars stonden partijen die zich wél duidelijk uitspraken. D66, VVD en Politieke Unie gaven aan voor de komst van een coffeeshop te zijn, maar benadrukten dat de locatiekeuze een belangrijke factor blijft.
Locatiekeuze blijft een cruciaal discussiepunt
Hoewel burgemeester en wethouders van Noordoostpolder voorstander zijn van een coffeeshop in Emmeloord, moet de locatie nog worden vastgesteld. Het college neigt naar een centrale plek in het centrum, zodat er voldoende sociale controle is.
Jasper van Os (VVD) gaf aan dat hij een meerderheid vóór de komst van een coffeeshop verwacht, maar pleit voor een zorgvuldige discussie over de locatie. “Het centrum is een druk gebied waar veel jeugd komt, maar andere locaties lijken minder wenselijk of haalbaar,” aldus Van Os.
Tegenstanders vrezen verslaving en overlast
Niet alle fracties steunen het plan. Paul Ringelberg (ChristenUnie-SGP) is fel tegen en vreest dat een coffeeshop verslavingsproblemen niet zal oplossen. “Wij zien de toegevoegde waarde van een coffeeshop niet in de problematiek die er speelt,” zei hij. Daarnaast wees hij op een onderzoek waaruit blijkt dat een meerderheid van de inwoners geen coffeeshop wil.
De komende twee weken zal Ringelberg proberen CDA en ONS Noordoostpolder te overtuigen om tegen te stemmen. Daarna volgt de definitieve stemming in de gemeenteraad. Wethouder Toon van Steen blijft echter positief en benadrukt dat er voldoende maatregelen zijn getroffen om overlast te beperken.