Uit onderzoek van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) blijkt dat er géén cannabis aanwezig was in de onderzochte batches Haribo-colaflesjes schrijft het AD vandaag. Deze conclusie wijkt af van eerdere meldingen van de politie, die op basis van indicatieve testen stelde dat er wél cannabis in het snoep zou zitten.
De politie kwam eind april in actie nadat twee jonge kinderen onwel waren geworden na het eten van gesuikerde colaflesjes. Een van hen raakte zelfs kortstondig in coma. De forensische opsporing onderzocht het restantsnoep en concludeerde aanvankelijk dat er cannabis in zat. Het NFI spreekt dat nu tegen op basis van uitgebreid laboratoriumonderzoek.
Cannabis in snoep onterecht vastgesteld
Het NFI bevestigt dat in geen van de monsters, inclusief die uit het distributieproces, sporen van cannabis of verwante stoffen zijn aangetroffen. “Dit resultaat wijkt af van de indicatieve testen die eerder zijn uitgevoerd,” aldus het instituut. Daarmee is aangetoond dat cannabis op geen enkel moment in het productieproces bij Haribo aanwezig was.
Snoepproducent Haribo reageert opgelucht op de bevindingen. “We zijn blij met de bevestiging dat alle monsters negatief zijn getest,” zegt een woordvoerder. “Het was een intensieve periode. We hebben volledig meegewerkt met de autoriteiten en zijn tevreden dat wetenschappelijk onderzoek onze betrokkenheid uitsluit.”
Vragen blijven ondanks duidelijke uitkomst
Hoewel het forensisch onderzoek de aanwezigheid van cannabis in Haribo-snoep uitsluit, blijven er onduidelijkheden. Zo is nog niet vastgesteld waardoor de kinderen onwel zijn geworden. De politie onderzoekt die oorzaak verder, maar doet daarover geen uitspraken “in het belang van het onderzoek en de privacy van betrokkenen”.
Ook blijft onduidelijk of het mogelijk is dat losse snoepjes buiten de fabriek zijn vervuild. Het Openbaar Ministerie geeft hierover geen uitsluitsel. Of Haribo juridische stappen overweegt, is evenmin bekend; de producent wil daar vooralsnog geen commentaar op geven schrijft het AD.
