Coffeeshopondernemer Henry Dekker, eigenaar van vijf coffeeshops in Amsterdam en Mijdrecht, is in hoger beroep gegaan tegen de voorwaardelijke taakstraf die hem in 2018 werd opgelegd.
Dekker betoogt noodzaak van opslag voorraad voor coffeeshop thuis
Henry Dekker en zijn advocaat Maurice Veldman verschenen maandag voor het Hof Amsterdam om de veroordeling aan te vechten schrijft Het Parool. Veldman benadrukte dat de voorwaardelijke taakstraf geen recht doet aan de realiteit van het coffeeshopbeleid, waarbij eigenaren de uitdaging van de zogenaamde achterdeurproblematiek ervaren. Coffeeshophouders mogen wel verkopen maar niet inkopen, wat volgens het OM leidt tot een spagaat voor de uitbaters.
Het Openbaar Ministerie gaf toe dat de wetgever een cruciale rol speelt in het oplossen van de innerlijke tegenstrijdigheid in het huidige beleid. “De bal ligt echt bij de wetgever,” verklaarde het OM. Desondanks stelde Dekker’s advocaat dat zijn cliënt ten onrechte een strafblad krijgt, wat ernstige gevolgen kan hebben voor zijn onderneming, vergunningen en financiële relaties met banken.
In reactie op de recente inval in een van zijn kantoorpanden, waarbij Dekker de politie had gebeld na een inbraak, beweerde de advocaat dat justitie als een “terriër” achter zijn cliënt aan zit. Het OM weerlegde deze suggestie en benadrukte dat de wetgever de noodzakelijke stappen moet zetten om de kwestie op te lossen.
Uitspraak wordt verwacht op 5 maart
Het Hof Amsterdam neemt de zaak serieus als een ‘principezaak’ en heeft aangegeven meer tijd nodig te hebben voor een weloverwogen beslissing. De uitspraak wordt verwacht op 5 maart 2024, wat de afloop zal bepalen van de zaak die de spanning tussen het coffeeshopbeleid en de praktische uitvoering ervan blootlegt.