Het Duitse Hanfverband organiseert sinds 2017 regelmatig een conferentie ter normalisatie van cannabis in Duitsland. Bij deze Cannabis Normal! conferentie, afgekort CaNoKo, komen activisten, politici, zakenmensen en specialisten bijeen. Er wordt dan in meerdere parallelle sessies informatie overgedragen en gediscussieerd.
Aanleiding
Georg Wurth, bedrijfsleider van Hanfverband Duitsland, nodigde me uit om in het kader van Cannabisexperimenten in Europa een update te geven over het Experiment Gesloten Coffeeshopketen. Samen met mijn vrijwilligerswerk voor stichting VOC in de werkgroep Cannabis en verkeer past mijn expertise goed. Er zijn praktische handvatten nodig, opstapjes en versnellers voor politici, uitvoerend ambtenaren en natuurlijk de markt; daar konden we het dus uitgebreid over hebben met het publiek.
Dit is het derde deel (een vierde en laatste deel volgt nog) van een serie. Aan te raden is dan ook om eerst het eerste deel en daarna het tweede deel te lezen.
Zondag, de afsluiter van het geheel. Gelukkig wel een schappelijk tijdstip qua starten om 10:00. Ook is het bijzonder om ook weer veel mensen op zondag eigenlijk te zien werken. Want hier stonden maar liefst drie advocaten en de locodirecteur van het onderzoeksinstituut criminaliteit.
Nieuwe commentaren op de cannabiswetgevingen
Dr. Justine Diebel opende met consumentenrecht en de verschillen in definities tussen CanG (cannabiswetgeving voor burgers) en MedCanG (Cannabis als medicijn). Een belangrijk onderscheid wordt daarin gemaakt in de categorie thuisteelt. Thuisteelt kan volgens de huidige wetten in Duitsland nooit medicinaal zijn. Medicijnen kunnen namelijk enkel geproduceerd worden door toegelaten bedrijven. Dat is bijzonder te noemen ten opzichte van onder meer de conclusies die we in Nederland kennen rondom situaties met magistrale bereiding door apothekers.

Een kleine interventie over de markt van mijn zijde; de beweegredenen komen zo aan bod. In de praktijk is dit waarschijnlijk een van de redenen waarom er een veel breder palet aan cannabis beschikbaar is in de Duitse apotheek via voornamelijk import. Hoeveel is veel breder in vergelijking tot Nederland? Bij de grootste cannabisapotheek in Duitsland, zijn op het moment van schrijven (december 2025) ongeveer 1100 producten van cannabistoppen op voorraad. In 2021 waren dat er nog ongeveer 100. Dat aantal is nu het aantal leverende teeltbedrijven, komende uit ruim 25 landen. Daarnaast zijn er nog ruim 150 soorten extracten beschikbaar voor patiënten.
Bij de grootste cannabisapotheek in Duitsland, zijn op het moment van schrijven (december 2025) ongeveer 1100 producten van cannabistoppen op voorraad
Medicinale cannabis blijft in Duitsland nog steeds controversieel.
In de duiding en qua woordkeus krijg ik de indruk dat er getwijfeld mag worden aan de uitingen vanuit het medisch expertiseteam vanuit het ministerie van volksgezondheid. De definitie van medicatie is in deze namelijk zo uitgelegd dat tijdelijke toediening van een middel er voor zorgt dat een patiënt weer terugkeert in een situatie zoals voorafgaand aan de vaststelling van de medische afwijking. Een middel dat zorgt voor bedwelming is enkel van toepassing wanneer er geen uitzicht op verbetering meer is. Vanuit die twee argumenten is thuisteelt van cannabis derhalve nooit medicinaal in te delen of te erkennen.
Ook is dosering een belangrijk argument vanuit medische optiek. Een product dat wisselende samenstelling kan kennen bij verschillende oogsten kan daarom nooit betrouwbaar ingezet worden. Dit is praktisch gezien een blijvend struikelblok wat mogelijk niet de patiënt ten gunste komt en voor artsen cannabis lastig maakt. Het is nu eenmaal geen pilletje.
De driehoek arts, patient en apotheker blijft daarom nodig voor toepassing cannabis als medicijn. Een van de grote aankomende veranderingen is het inperken van het diagnosticeren en verstrekken van recepten via Telemedicatie (artsgesprek met videobelverbinding op afstand). Bij het niet juist volgen van de nieuw toe te passen procedure kunnen vrijheidsstraffen tot 3 jaar en boetes worden opgelegd.
(…)een flinke stap achteruit voor patiënten(…)
Dit is een flinke stap achteruit voor patiënten, vooral met ingeperkte mobiliteit en/of woonachtend in een buitengebied. Het eerste contact moet in persona plaatsvinden, daarna ieder kwartaal wel mogelijk op afstand. Jaarlijks moeten arts en patiënt elkaar zien. Daarbovenop wil men afspraken maken over de maximaal toe te passen prijsstelling.
Een laatste maar niet mindere inperking die aanstaande is, is dat recepten uit het buitenland mogelijk niet meer worden erkend. Mocht je in het D-A-CH gebied zitten zul je voor je Oostenrijkse of Zwitserse arts dan een vertegenwoordigende collega moeten vinden. Bijzonder interessant is dit voor mensen op doorreis of expats; ik ben benieuwd hoe men dit wil invullen; het lijkt me onmogelijk om elke 2-3 maanden terug te moeten als patiënt om je medicatie op te moeten halen en te riskeren om bij de grens als smokkelaar van medicijnen te worden staande gehouden.
Consumentenrecht, bezit en de privésituatie
Dr. Sebastian Sobota opende de commentaren op de lopende interpretaties van het strafrecht met betrekking tot consumentenrecht. Hij is plaatsvervangend directeur van de centrale criminologieafdeling Wiesbaden. Allereerst staan we stil bij de ‘niet kleine hoeveelheid’, de vertaling van de nicht geringen Menge. Dat is in Nederland de hoeveelheid méér dan 5g en als ik me goed herinner minder dan 30g ‘hennep’ die dan aangemerkt kan worden als handelsvoorraad.
Die nicht geringe Menge is nog steeds een puzzelstuk. In verschillende deelstaten zijn in rechtbanken uitspraken gedaan die nog steeds geen sluitend beeld brengen. Sterker nog, ze conflicteren nog steeds onderling. Voor de goede orde legt hij uit dat de in 1984 vastgestelde norm van 7,5g THC als werkzame stof nog steeds geldt. Stel je hebt een buitenwiet geteeld met een gehalte van 5% THC, dan zou je dus volgens deze regels 150g cannabis als bovengrens mogen hebben (7,5g THC => 7500 mg THC / 50mg THC per gram = 150gr). Daartegenover stond dan minstens 1 jaar gevangenisstraf tot 7,5g THC, waarbij in de praktijk uitspraken tussen 3 maanden en 5 jaar uit kwamen. Minimaal 2 jaar wanneer er een vuurwapen bij betrokken was.
In verschillende deelstaten zijn in rechtbanken uitspraken gedaan die nog steeds geen sluitend beeld brengen
Vanuit criminologisch oogpunt is destijds aangevoerd dat 15mg een portie is en het hebben van 500 porties (500*15mg = 7500mg) als handel geinterpreteerd moet worden. Daarbij wordt voorbijgegaan aan de nieuwe realiteit van bijna gedwongen thuisteelt en het verschil van 50g als toegestane hoeveelheid droge stof thuis, maar het netto resultaat van drie planten in de volle grond makkelijk het 30 voudige kan opleveren.
De kritiek is dan ook dat de historische variant uit 1984 herzien moet worden. Het is namelijk plant eigen dat deze meer dan 50g droog product oplevert. Daarnaast wordt er geen richtlijn gegeven tussen het vaststellen of het gaat om een natte plant in het geheel voor gewicht, of een hoeveelheid droge toppen dan wel verwerking tot hash. Hoe ziet dan ook de overgang in de strafmaat er uit? 50g is OK, 60g is een tik op de vingers – maar 60,1g is een zwaar vergrijp? Nogmaals herhaalt hij dat 1 plant makkelijk 300g gedroogde toppen kan opleveren indien gemiddeld geteeld.
Gelukkig heeft dhr. Sobota ook een praktisch voorstel. 1 kg bruto cannabis als bezit. Het doel van de wetgever en zijn criminologische optiek is namelijk het bestrijden van de zwarte markt en criminele activiteiten. Deze twee vliegen sla je in 1 klap wanneer je dit verenigt met het kunnen weggeven van cannabis aan volwassenen. Ook is deze ‘Abgabe an Dritten’ op dit moment aan banden gelegd en strafbaar.
Met 1kg bruto cannabis kun je 20 mensen voorzien van 50g per persoon. Dat is met een getrapt teeltproces in een kringetje makkelijk te verantwoorden. Ook kun je iemand zo een zelfgemaakt cadeau geven en kleine consumenten laten meeliften op de expertise van mensen met groene vingers. Beide invalshoeken zorgen voor het bereiken van het inkrimpen van de zwarte markt en terugdringen van criminele activiteiten.
20 mensen voorzien van 50g per persoon
Een derde onderwerp in het kader van consumentenrecht is de discussie over handel met stekken. Het is een papieren discussie die mij – Jef – hoofdschuddend in de zaal achterliet. De kern zit hem in de definitie – er is nu een aanvraagbesluit opgesteld om de handel in stekken onmogelijk te maken. Net na de legalisering waren de Duitse equivalenten van tuingroothandels al snel in dit gat gesprongen, dat werd steeds meer aan banden gelegd. Nu worden in het nieuwe ontwerp van het aanvraagbesluit iedere teelthandeling met stekken strafbare feiten opgesomd.
Dat komt neer op een definitie van Teelthandelingen met stekken wanneer iemand:
- Een plantage opzet
- Transporteert
- Ontvangt.
En die definitie wordt nog krommer, wanneer is nou sprake van een stek of jonge plant? Het lijkt er op (interpretatie Jef) dat men voorbijgaat aan twee definities die we in het Experiment Gesloten Coffeeshopketen kennen. Praktisch gezien wordt een plant pas economisch relevant en traceerplichtig in de keten vanaf 20 centimeter. Dan hebben we het ook over al een wat serieuzere plant met internodes, een stevigere stam en een redelijk ontwikkeld wortelstelsel. Dhr. Sobota vergelijkt het met een plantje uit de tuinwinkel, een tray met jonge planten. Het kennisgat bij de regelopstellers en handhavers zorgt er nu voor dat een ‘zaailing’ of een net bewortelde stek nu al wordt geclassificeerd als jonge plant.
Het positieve voorstel als verbeterende kritiek van Dhr. Sobota: keer de definitie om: verhandelbaar is en blijft iedere plant zonder bloemen of vruchten. Dan is er nooit gezeur over lengte, gewicht, nodes, of anderszins morfologische kenmerken. Je zult wel enkele andere kenmerken kunnen definiëren, maar neem daarvoor dan echte experts op dit gebied. Bijvoorbeeld de definitie van ‘inplanten’ – noem dat de laatste verblijfplaats van de plant. In het huidige recht het dat het aanplanten of uitzetten. Stekken werden bijvoorbeeld niet meegeteld bij huisdoorzoekingen. Wanneer een jonge plant of stek niet voor volle teelt is uitgezet, dan telt deze niet mee bij het oprollen van plantages.
Maken van hasj verboden
Veel vragen kwamen er lokaal, online en uit het publiek over het vervaardigen van hash. Enkele mensen dachten met het reduceren van een oogst tot hash om met de 50g regel beter om te kunnen gaan. Maar is men tussen de oogst en het verwerken tot aan de reductie naar de daadwerkelijke 50g limiet strafbaar? Want technisch gezien is de verwerking tot eindtoestand nog niet voltooid.
Materialistisch gezien valt het maken van extracten onder de drugswetgeving (BtmG). Daarom is het hébben van hasj geen probleem, maar het máken wel. Zowel in de productie als in het voorhanden hebben van de grotere hoeveelheid plantmateriaal in droge (of natte) toestand voor verwerking. In die zin volgen er nog een aantal tegenstrijdigheden in de huidige wetgeving die we zo bespreken. In deze casus hash lijkt het er op dat de eigen teelt is toegestaan, maar een eigen oogst (en verwerking) niet. De handeling oogsten is namelijk gesneuveld in de wetstekstontwerpen in de aanloop naar de legalisering.
Het hebben van hasj is geen probleem, het maken wel
Wat volgt zijn oefeningen waar Kant en Hegel al hun hoofd over gebroken hebben – de teleologische reductie – oftewel welk doel, nut hebben zaken volgens bepaalde constructen. Het heeft namelijk geen nut om te gaan telen indien er geen oogst kan plaatsvinden. Die kern gaat wellicht ook nog menig rechter het hoofd breken inzake Cannabisteeltverenigingen. Zij krijgen namelijk een licentie voor teelt, niet voor productie van cannabis. Is het oogsten, drogen, knippen, curen, afvullen dan allemaal niet toegestaan? Er staat namelijk in de wet de tegenstelling dat er gesproken kan worden van het ‘in groepsverband produceren van een niet kleine hoeveelheid’. Wat is het nu, een teelt- en productielicentie? Of een teeltlicentie zonder productie? En geldt daarbij dan ook extractie zoals het maken van een reductie door mechanische separatie (zeven)?
Het antwoord kan liggen door het maken van hash onder teelthandelingen te scharen, niet de focus op extractiemethoden te leggen. En ook in deze uiteenzetting komt de definitie die ook in Nederland zo kenmerkend is voor extracties – er komt een oplosmiddel bij kijken. Zonder oplosmiddel zijn dan de rosin methode van persen van gezeefd materiaal ook toegestaan. Net als in het Experiment Gesloten Coffeeshopketen komt er dan nog een productgamma bij voor de teeltverenigingen. Omdat er echter nog geen rechterlijke uitspraken gedaan zijn zweven deze definities nog. Wel is er de zogenaamde ‘Kommentar von Weber’ op een uitspraak van het Bundes Gerichts Hof dat hopelijk duidelijkheid kan bieden. Tot die tijd onduidelijkheid voor de telers in de thuissituatie en in teeltverenigingen.
Einde van deel III
Dit is nog niet het einde van mijn serie over de Cannabis Normal! conferentie. Er komt nog een vierde deel aan.
Mocht je dat nog niet hebben gedaan, lees ook het eerste deel en daarna het tweede deel van deze serie.










