In het Parool van zaterdag 4 februari stond een interview wat in mijn ogen een storm aan reacties had moeten opleveren richting al die politici, bestuurders, wetenschappers, journalisten, Topsen en Trompen met hun jarenlange mantra over de ondermijnende invloed van de georganiseerde misdaad op de reguliere bovenwereld.
Hoofdofficier van justitie Janneke de Smet-Dierckx, leider van de Taskforce ACM (Aanpak Criminele Machtsstructuren), kortom niet zomaar iemand, stelt in dat interview dat de grote drugscriminelen hun geld niet in panden en bedrijven steken.
“Het criminele betalingsverkeer raakt de bovenwereld niet”
“Het criminele betalingsverkeer raakt de bovenwereld niet”, is een van haar stellingen. Zij constateert dat de criminele wereld grotendeels opereert binnen een eigen soort (geld-)circuit, met eigen regels en wetten.
Kortom de hogere regionen van de drugsmisdaad houden er een eigen economie op na, grotendeels naar binnen gericht in plaats van naar de formele bovenwereld.
Het bijzondere van het interview is dat zowel deze vrouw als de interviewer (Paul Vugts) op basis van deze constatering logischerwijs vraagtekens zouden moeten zetten bij al die veronderstellingen over de ondermijnende invloed van de drugsmisdaad op de bovenwereld. Een veronderstelling wat al twee decennia van grote invloed is op gevoerd beleid van politie en justitie op zowel landelijk als lokaal niveau (tot bijvoorbeeld Femke Halsema aan toe!). Een beleid wat ook geleid heeft tot het opdoeken van het pragmatisch Nederlandse gedoog- en harm reduction beleid.
Dus Stichting Drugsbeleid, als Janneke en Paul dit negeerden en vervolgens zelfs geen kattenbelletje klonk ligt daar toch de uitdaging bij ons, graag jullie reactie.